"Zullen we het maar gewoon gaan proberen?" Lonneke, mijn psycholoog, doelt op EMDR. Een van de redenen, waarom ik deze therapie ben aangegaan. Eigenlijk had ze een cliëntenstop, maar ze vond mijn verhaal blijkbaar zo interessant, dat ik behandeld ga worden. Ik heb nu zo'n vijf gesprekken achter de rug, om de paar weken. Lonneke heeft nog geen ruimte voor de wekelijkse gesprekken, die gaan komen.
Praten kan ik, als brugman. Maar erbij voelen is een ander verhaal. Ik lepel mijn belevenissen op, zonder dat het me raakt. "Zo verdoen we elkaars tijd." Het raakt me wel een beetje, maar ze heeft gelijk. Dus zijn we, eerder dan de bedoeling was, begonnen met EMDR. Ik krijg een koptelefoon aangereikt en Lonneke vraagt, waar de spanning het hoogst zit. Tja, die zit zoals gewoonlijk in mijn hals. Ik luister met gesloten ogen naar een sessie piepjes: links, rechts, rechts, links, links, rechts.. Lonneke vraagt na elke serie of ik me al iets beter voel. Helaas. Ik voel me als een brulkikker, zo opgeblazen voelt mijn keel. De spanning stijgt en een paniekaanval ligt op de loer.
Rekenen
Meerdere sessies met piepjes volgen. Ze vraagt me mijn ogen open te doen en zwaait heftig heen en weer met haar arm, die ik moet volgen. Ik kan me voorstellen, dat ze zijn overgeschakeld naar piepjes haha, het ziet er doodvermoeiend uit. Ondertussen legt ze me rekensommen voor. Hoeveel is 5x5? Plus 7? Min 15? Steeds moeilijker, en ik raak haar arm 'kwijt'. "Hee, hier ben ik hoor! Wel even opletten." Hoezo kan een vrouw multitasken? Lonneke vertelt me, dat ze me laat rekenen, omdat ik me verzet tegen de piepjes. Al ben ik me daarvan niet bewust. Het is namelijk de bedoeling, dat na een serie piepjes de paniek zakt. En dat doet hij niet.Ik mag mijn ogen weer dicht doen, maar de rekensommen blijven. Ik voel me zo stom, als ik heel lang moet nadenken over hoeveel 235-17 is, dat ik begin te lachen. Mijn hoofd is leeg, een simpel sommetje als 13-6 is al te moeilijk. Ik blijf lachen en dat is iets, dat best vreemd is met paniek. Maar ook mooi, ik lach de paniek weg! Na elke serie piepjes vraagt Lonneke hoe ik me voel. Ik kan niet zeggen, dat de druk -de hand om mijn keel- weg is. Op een gegeven moment lijkt het minder te worden en we stoppen. Wat ik niet vertel, omdat ik het zielig vind voor haar, is dat de druk op mijn keel ook weer terug komt. En ben bang, dat deze therapie ook weer niets voor me gaat doen en ik onbehandelbaar ben. Ik wil zo graag!
Na de sessie
Als ik de spreekkamer verlaat, lijk ik wel dronken. Mijn benen voelen loodzwaar en ik ben warrig. Het is maar goed, dat ik op de brommer ben. Met de auto op de automatische piloot is veel te gevaarlijk. Ik ben doodmoe en na een uurtje zoek ik mijn bed op. Om vervolgens badend in het zweet wakker te worden, zo vies! Net of ik hoge koorts heb. Ik ben rillerig en logisch denken is moeilijk.
De dag er op lijkt het wel weer te gaan. Ik voel me helderder en wat rustiger. Maar zondag, de derde dag! Och, ik voel me doodongelukkig. Het gevoel alleen op de wereld te zijn, intens verdrietig. Dit gevoel ken ik wel, maar ik stop het altijd meteen weer weg. Nu lukt dat niet, ik huil zelfs even. Ik en huilen, dat gebeurt niet vaak. De oorzaak is Maarten. Hij knuffelt me en ik voel niets, ik lijk wel dood van binnen. Tegelijk ben ik ongelooflijk bang hem kwijt te raken.
Mijn emoties rollen alle kanten op, vooral de verdrietige. Op zich wel goed, ik kan voelen! Niet alleen de bekende emoties als angst en blijdschap, maar ook verdriet. Het voelt als zelfmedelijden, en dat is het natuurlijk ook. Verdrietig om wat nooit was. Mijn leven weggegooid door dertig jaar met angst en beven binnen te zitten. Hoe bezopen is dat? Nooit de belangrijkste persoon te zijn voor iemand. Nooit iemand die voor je zorgt of vecht. Nooit echt bij iemand horen. En voel ik het zo, word je weer in de steek gelaten.
Maar dat was mijn zondagmiddaggevoel. Ik ben niet iemand, die blijft zwelgen. Pak de draad weer op, want het leven kan heel mooi zijn. Kijk omhoog naar de wolken, hoor de vogels fluiten, de onverwachte glimlach van een passant.
Mijn emoties rollen alle kanten op, vooral de verdrietige. Op zich wel goed, ik kan voelen! Niet alleen de bekende emoties als angst en blijdschap, maar ook verdriet. Het voelt als zelfmedelijden, en dat is het natuurlijk ook. Verdrietig om wat nooit was. Mijn leven weggegooid door dertig jaar met angst en beven binnen te zitten. Hoe bezopen is dat? Nooit de belangrijkste persoon te zijn voor iemand. Nooit iemand die voor je zorgt of vecht. Nooit echt bij iemand horen. En voel ik het zo, word je weer in de steek gelaten.
Maar dat was mijn zondagmiddaggevoel. Ik ben niet iemand, die blijft zwelgen. Pak de draad weer op, want het leven kan heel mooi zijn. Kijk omhoog naar de wolken, hoor de vogels fluiten, de onverwachte glimlach van een passant.